Het vijfde hoofdstuk gaat over de toekomst. 

Wat vertelt 13.8 biljoen jaar van de geschiedenis? Hoe beÏnvloed het zo veel weten van het verleden, het denken over de toekomst? Dit zijn misschien wel de meest belangrijke vragen, die Big History vraagt.

Exchange Network: vanaf het begin van de human periode is het ongelooflijk gaan uitbreiden (het werd ontzettend groot). 

Het proces van het collectief leren gaat steeds sneller. Dit komt, omdat er steeds meer mensen waren. Er was meer informatie. Na verloop van tijd werden de mensen beter bij het delen van hun informatie (hierdoor konden anderen weer van deze informatie leren en dus hun kennis uitbreiden). Technologieën voor communicatie en als laatste, technologieën voor transport (zodra ze verbeterden, versnelden ze ook deze processen. Ze vergrootten de grootte, de diversiteit en de efficiëntie van netwerken van uitwisseling). 

Communicatie technieken, die aan het collectief leren hebben bijgedragen: schrijven, hierdoor kunnen we lezen (ook nog steeds de oude dingen). Papier en afdrukken, het heeft een revolutie teweeggebracht in de opslag en verspreiding van informatie. 

Manieren van transport, die aan het collectief leren hebben bijgedragen: gebruik van paarden, ossen en kamelen om mensen en goederen te transporteren. Pastorale nomaden (mensen of bevolkingsgroepen die geen vaste woon- of verblijfplaats hebben en steeds van de ene naar de andere plaats rondtrekken met hun vee) werden toegelaten om de steppen van Eurazië te regelen. Nieuwe technologieën voor het bouwen van boten en nieuwe navigatietechnieken (ze lieten mensen toe om te beginnen migreren naar de Stille Oceaan). Grote rijken van Perzië en China begonnen met het ontwikkelen van wegen- en koerierssystemen. Die systemen leverden de meest efficiënte manieren op van bewegende informatie tot de moderne tijd. 

Trading systems: het handelen van goederen zorgde ook voor een heleboel ideeën, religies en ziektes. Ze verbonden regionale en lokale uitwisselingsnetwerken. --> De eerste van deze, vervoerde goederen, mensen en ideeën over zee van China rond India tot Afrika en de Middellandse Zee en omgekeerd. De tweede staat bekend als de zijderoute: het droeg goederen, mensen en ideeën over land, verbindend China, Centraal-Azië, India en de mediterrane wereld. 

Religies reisden ook langs  deze uitwisselingsnetwerken. Technologies hebben ook deze routes afgelegd. Bijvoorbeeld Oost-Aziatische technieken van drukwerk, buskruitvervaardiging en ook het maken van papier reisde door Centraal-Azië. Het negatieve eraan was wel dat er ook ziektes werden afgelegd langs deze routes. 

World Trade Zones: het ging hierbij om handel tussen de zones van de wereld. Je had vier World Trade Zones: Afro-Eurazië zone (Afrika, Europa en Azië). Amerikaanse zone (Noord en Zuid-Amerika). Australische zone (Australië en Indonesië) en de Grote Oceaan/Pacific zone (eilanden en de Grote Oceaan). 

Door vernieuwing en groei: door bijvoorbeeld irrigatie groeiden populaties tot eeuwen, maar tot een punt waar populaties te snel groeien, sneller dan de innovatie (vernieuwing). Dit heeft gevolgen: mensen beginnen te sterven, omdat er heel voedsel moet zijn om iedereen eten te kunnen geven, maar er zijn dus teveel mensen en te weinig voedsel voor iedereen, wat lijdt naar sterfte. Hongersnoden komen vaker voor. Ziektes verspreiden. Gemeenten beginnen te ruziën over afnemende middelen.

Into the modern area

Anropoceen: tijdperk waarin de aarde door de mens gedomineerd werd enkele soort). --> Het aardse klimaat en de atmosfeer bijvoorbeeld, kwamen onder invloed van de menselijke activiteiten.

Als mens zijn wij heel machtig geworden. Dat komt door drie redenen:

1. We werden een globale soort. Na 1500 begonnen menselijke samenlevingen te verbinden. Dit zorgde voor het uitwisselen van netwerken: ideeën, technologieën, goederen en geloofssystemen. Dit, omdat het collectief leren op een grotere schaal begon te werken. --> Innovatie versnelde.

2. We hebben meerdere bronnen van energie uitgevonden.

3. De mens wit hoe je met dit soort nieuw uitgevonden energie moest omgaan om machines te gebruiken. dit leed naar toenemend gebruik van energie. 

Er zit wel een consequentie voor in de toekomst van deze macht aan: het energie en het voedsel wat wij produceren, moet bijna zeven miljard mensen ondersteunen. Dit eist veel van de aarde zijn bronnen. Menselijke technologie en activiteit is de biosfeer letterlijk aan het transformeren. Dit is nogal nadelig, want er kunnen hierdoor veranderingen in de weerpatronen plaatsvinden, zeespiegels zullen stijgen, als de ijskappen van Groenland en Antartica smelten (hierdoor vinden overstromingen plaats) en bossen worden ook bedreigd, wat kan leiden tot een bosbrand. Dit komt door het verhoogd broeikaseffect. --> Het aardoppervlak wordt door zichtbaar zonlicht en infraroodstraling van de atmosfeer verwarmd. Hierdoor houdt de atmosfeer de warmte vast en stijgt de temperatuur op aarde. 

De ingrediënten zijn: toenemende, grote 'exchange networks' met opeenhopende informatie. Energie bronnen. Mensen wisten hoe ze met deze energie bronnen moesten omgaan en gebruikten ze ook steeds meer. 

De Goldilock Conditions: globalisatie. Dit bevordert de commercialisering en versnelt de innovatie.

Samen zorgden ze voor een globaal, verbonden menselijke maatschappij. Dit zorgt voor meer controle over en gebruik van hulpbronnen. Ook zorgden ze voor een snelle bevolking.